Ensemble van Commissaris van Politie 1e klasse uit voormalig Nederlands-Indië

In 2018 schenkt een kleindochter twee fotoalbums, een met Indische figuren gestoken djati houten kistje (objectnr. 40190), een ingelijste portretfoto (objectnr. 40189), een onderscheiding gekregen van de koning van Siam (objectnr. 40187) en zilveren bestek bedoeld voor een viscouvert met inscriptie ‘Stadspolitie Medan 1937’ (objectnr. 40188) van haar opa aan Korpora te Apeldoorn. De beide fotoalbums (object.nrs. 40191, 40192) in de collectie bevatten circa 700 foto’s van zijn dienstjaren (1920-1937) in Indië. Familie en dienstfoto’s wisselen elkaar af. Zo zijn er twee bladzijden gewijd aan de aardbeving te Padang Pandjang, Een spoorwegongeluk in 1921, aankomst van de Duitse Kreuzer Emden in 1929 te Soerabaja, de aanschaf van paarden door de veldpolitie in 1930, diverse groepsportretten van secties politie te Soerabaja, politiebureaus, feest bij de kapitein der Chinezen en een forse brand in Padang, enzovoorts.

Al deze items behoorden toe aan Nicolaas Cornelis Repelius (1889-1969), commissaris van politie eerste klasse, die zowel in Nederland als in de voormalige kolonie Nederlands-Indië bij de politie werkzaam was.

Zijn loopbaan startte in 1912 als klerk bij de politie in Haarlem, vanwaar hij vervolgens ook in Utrecht en ‘s-Hertogenbosch werd ingedeeld en opklom tot adjunct-inspecteur in Watergraafsmeer. Repelius heeft er dan al acht jaar van zijn carrière in Nederland op zitten. In 1920 vertrok hij naar Nederlands-Indië in de rang van commissaris van politie 2^e klasse waar hij zijn Indische loopbaan bij de algemene politie te Weltevreden, Batavia begon. Vandaaruit diende hij tweemaal in Soerabaja, Bandoeng, Padang, Billiton en nog drie jaar in Medan tot aan zijn pensionering in 1937. In totaal heeft Repelius dan 25 jaar bij de politie gediend. Enkele hoogtepunten van zijn politie-carrière waren de communistische opstanden in 1926 die daar aan de Westkust van Sumatra de kop opstaken en was hij verder in datzelfde jaar getuige van de zware aardbevingen te Padang Pandjang waarbij de gehele stad werd verwoest. In 1929 kreeg hij uit handen van de koning van Siam, die tevens ook een bezoek bracht aan Soerabaja, de onderscheiding in de Orde van de Kroon van Siam uitgereikt.

De meest lugubere gebeurtenis die Repelius als commissaris te Medan had meegemaakt gedurende zijn politieloopbaan was toen een Chinese handelaar als bewijsstuk van zijn wandaad een afgesneden hoofd van een Javaanse vrouw afgaf op het politiebureau.