Tachtig jaar Philips Brandweer, deel 1

In 1982 is er aandacht voor twee jubilea: de gemeente Eindhoven viert haar 750-jarig bestaan en de Bedrijfsbrandweer van Philips bestaat tachtig jaar. Ter gelegenheid van dat laatste verschijnt het boek Tachtig jaar Philips Brandweer, zowel als paperback als in een luxere hardcover uitvoering.

Het voorwoord van het toenmalige hoofd van de Brandveiligheidsdienst, dhr. H. van Rouwendaal, start met de constatering dat de Philips Brandweer kan terugzien op een lange en roemruchte historie, die al vroeg in het bestaan van het concern begint. In 1902, zo’n tien jaar na de start van de N.V. Philips Gloeilampenfabrieken was de eerst bekende georganiseerde actie van spuitgasten van Philips die zich bezighielden met het blussen van een brand (zie afbeelding hieronder). Bluswerkzaamheden gebeurden niet alleen ten behoeve van het concern, maar ook ter ondersteuning van de gemeentelijke brandweer. Na 80 jaar was dat nog steeds het geval. In de loop der jaren zijn er steeds meer taken bijgekomen, zoals technische hulpverlening.

Korpora, Erfgoed Publieke Veiligheid KE000923

In 1916 wordt dhr. J.A. Arends benoemd tot commandant van de Philips Brandweer. In die tijd bestaat het materiaal uit niet veel meer dan slangen en straalpijpen e.d. Rond 1920 zijn er meerdere zwaardere incidenten waarbij de brandweer van Philips werd ingezet. Zo was er op 3 april 1920 een gasontploffing binnen het bedrijf met enkele gewonden, niet veel later, op 21 juni, was er een explosie in een luchtbuis waarbij zeventig ruiten sneuvelden. Twee maanden later, op 21 augustus, was er een ontploffing in de smederij met één gewonde en grote materiële schade. In januari 1921 volgde een zware uitslaande brand bij Philips (afbeelding hieronder). “De mare Philips staat in brand ging als een jobstijding van mond tot mond en ’t moet gezegd: de uiterlijke tekenen waren zoo ernstig, dat men oppervlakkig meenen moest, dat heel het gebouwencomplex er aan zou gaan.”

Na deze brand vindt overleg plaats tussen commandant Arends en Ir. Gerard Philips waarbij besloten wordt tot materiele versterking. In 1921 wordt dan ook een Ehrhardt motorspuit-aanhanger aangeschaft met een capaciteit van 1.000 liter per minuut. Drie jaar later wordt het eerste brandweervoertuig aangeschaft: een Magirus op massieve banden (zie foto). Op 27 februari 1925 is het weer raak en het Eindhovens Dagblad kopt: Brand in de Philips Fabrieken en meldt dat “de brand was ontstaan in de reklamekelders op den z.g. nieuwbouw. Daaronder bevindt zich ook het archief en het is daar, dat men eerst rook zag opstijgen.” (zie foto.)

In 1929 begroet Philips de 20.000ste medewerker, ondertussen verrijzen er nieuwe gebouwen zoals locatie Strijp die later uitgroeit tot het grootste complex van het bedrijf. Op deze locatie komt een tweede brandweerkazerne. Net als op kazerne Emmasingel zijn alle brandweerlieden werkzaam in de fitterij. Commandant Arends (foto links) is dan ook chef van de fitterij Emmasingel en dhr. J.A. Boks wordt als chef van de fitterij Strijp, ondercommandant (foto rechts).

In de eerste periode van de Tweede Wereldoorlog plaatste de bezetter luchtafweergeschut op de daken van de Philips-gebouwen. In november 1942 gelaste de bezetter dat er een beroepsbrandweer moest worden opgericht. Er gebeurde, volgens het boek, erg veel in deze tijd maar er is één gebeurtenis die bij velen in het geheugen staat gegrift: het eerste bombardement op de Philipsfabrieken op 6 december 1942 (zie foto). “Om plusminus 12.30 uur doken Engelse vliegtuigen uit de wolken naar beneden terwijl ze naar alle richtingen vuurden en hun bommen lieten vallen. Tegelijkertijd kwam het afweergeschut in actie.” Ook de brandweerkazerne had het zwaar te verduren: “drie brandbommen in de kazerne en een brisantbom in de onmiddellijke nabijheid.” Gelukkig kon het brandweermaterieel worden gered.

Terwijl op de dag van het bombardement de bluswerkzaamheden in volle gang waren deden de vlammen hun vernietigende werk. “Ir. F.J. Philips verzocht enkele brandweerlieden te trachten nog verscheidene waardevolle voorwerpen uit zijn kantoor te redden. Behalve een zilveren rookstel, een grote staande klok en tal van boeken en bescheiden, werden nog vele sigaren in veiligheid gebracht welke laatste de heer Philips beschikbaar stelde ter verdeling onder de spuitgasten.” Uiteindelijk verloor Philips als gevolg van oorlogshandelingen een kwart van de productieruimte en driekwart van de kantoorfaciliteiten. Het leverde ruimte op voor de nieuwe plannen die in de oorlogsperiode al waren voorbereid. In augustus 1946 was van de oorspronkelijke bijna 400.000 m² 359.000m² in gebruik. In die tijd kwam er ook weer aandacht voor creativiteit. Zo was er in 1948 het eerste optreden van De Straalpijpers, het Philips Brandweer Variété Gezelschap. “Een avond van beschaafd amusement werd over het voetlicht gebracht, waarmede het de overtuiging schonk, dat deze mannen meer onder de helm hebben dan men van onze ‘slangenbezweerders’ zou mogen verwachten.”

Lees binnenkort verder in deel 2 van deze blog over Tachtig jaar Philips Brandweer.