Een 18de-eeuwse bestseller over de ‘Oprechte bekering van een ‘misdadiger’’
De berechting van Anna Katharina Merkx in 1763
In 1763 verscheen in het periodiek Groot Magazyn der loffelijke weetenschappen een levensbeschrijving van Anna (doopnaam Joanna) Katharina Merkx (ook Merks) (1742-1763). Voor dit verhaal bestond veel belangstelling en omdat de gewone man zich geen abonnement op een dergelijk periodiek kon veroorloven, besloot de Rotterdamse boekverkoper Pieter Holsteyn volgens eigen zeggen om het uit te geven als een boekje in zakformaat.
De titel van het boek luidt Levensbeschrijving en bekering van Anna Katharina Merks, Mitsgaders een echt verhaal van al het geen is voorgevallen, in de gevangenisse, […] tot zy door de handen van Justitie te Rotterdam, ter doodt gebracht is. In de uitgebreide bibliotheek van Korpora is een tweede druk van deze uitgave aanwezig uit 1764. Dit exemplaar is afkomstig van het voormalig Politiemuseum in Amsterdam.
Van het boekje verschenen vervolgens vele herdrukken en uitgaven; uit de periode 1764-1972 zijn in totaal nu vijftien drukken/uitgaven bekend. Wat is er zo interessant of bijzonder aan dit verhaal?
Anna Katharina Merkx was een onecht kind van katholieke huize dat al op zesjarige leeftijd wees werd. Volledige aan zichzelf overgelaten leidde ze uiteindelijk een zwervend bestaan. Het gevolg was dat zij doormiddel van diefstal in haar levensonderhoud ging voorzien. Op een gegeven moment werd zij hierbij betrapt en in Rotterdam gevangengezet en ter dood veroordeeld.
Naar de huidige maatstaven is dit een zware straf en een dramatische gebeurtenis, maar toen vond men dit normaal. De veroordeling en terechtstelling van de 21-jarige Merkx was dan ook niet de reden dat er zoveel belangstelling bestond voor het bewuste boekje. Er zijn vele gevallen bekend van misdadigers die schuld belijden en vergeving vragen, maar in hoeverre dit berust op waar berouw of dat het alleen voortkomt uit angst voor de dood, is lang niet altijd duidelijk. De bekering van Merkx wordt beschouwd als het bekendste voorbeeld waarvan de oprechtheid buiten discussie staat. Niettemin werd de doodstraf wel voltrokken. Vanaf het schavot vermaande ze de omstanders om zich te behoeden voor het kwaad dat zijzelf bedreven had. Toen ze voor de wurgpaal stond vroeg een zogeheten krankenbezoeker of ziekentrooster, die ook wel veroordeelden bezochten en met wie zij in de gevangenis gesprekken voerde, voor iedereen duidelijk te verstaan waarom ze recht had om op het eeuwige leven te hopen. Hierop antwoordde ze vol overtuiging ‘Niets anders dan de volmaakte borggerechtigheid [de vergeving van zonden door Jezus] van Jezus’, Die voor al mijn zonden voldaan heeft’. Het tafereel daarna moet vreselijk geweest zijn; er volgde nog een korte woordenwisseling met de ziekentrooster maar omdat het koord om haar hals al aangetrokken was kon zij niet meer spreken. Als bewijs dat ze alles verstaan had en er ‘amen’ op zei, boog ze nog twee keer knikkend het hoofd voordat ze stierf.
In Nederland zijn lijfstraffen afgeschaft in 1846 en de doodstraf in 1870.